De vlierbessen zijn rijp! Nadat ik van het voorjaar heel wat lekkers heb gemaakt van de bloesem is het nu tijd voor lekkers met de bessen. Ze hebben namelijk nog wat gezondheidsvoordelen. Vlierbessen verkorten de duur van een griep doordat er zweetdrijvende en infectiewerkende stoffen in zitten. Het werkt zowel antibacterieel als antiviraal. Vlierbessen werken ontstekingsremmend en bevatten antioxidanten. Ze bevorderen je weerstand. Maar zoals voor alles geldt: gebruik het met mate, vlierbessen werken namelijk ook laxerend. Voor deze jam van appel en vlierbessen gebruik je vlierbessensap. Dit sap maakte ik zelf maar dat is nogal een klusje. Er is bij natuurvoedingswinkels ook kant en klaar sap in fles verkrijgbaar.
Als je zelf sap wilt maken zoek je eerst een mooie vlierbessenstruik op. Daar pluk je de schermen met de zwarte bessen. Ris de bessen van de schermen en verwijder alle groene en rode bessen, deze zijn namelijk giftig. Doe de bessen dan in een pan met dikke bodem en verwarm ze. Als de bessen stuk gaan komt het sap vrij. Dit duurt een minuut of vijf. Zeef het geheel dan zodat je alleen het sap overhoudt.
Verwarm de appelblokjes met een klein beetje sap totdat ze zacht zijn (het ligt aan het soort appels dat je gebruikt hoe lang dit duurt). Als de appels tot moes zijn gekookt voeg je de rest van zowel het vlierbessensap als citroensap en de suiker toe. Je hebt voor deze jam geen geleisuiker nodig omdat appels veel pectine bevatten, het bindmiddel dat je nodig hebt om een stevige jam te maken. Laat het geheel nog een paar minuten doorkoken zodat de suiker is opgelost. Schep de jam in twee ,zorgvuldig schoongemaakte, jampotten. Bewaar in de koelkast vanwege het geringe suikerpercentage.
*Ik gebruik zo min mogelijk suiker maar om de jam te binden, op smaak te maken en langer houdbaar dan een paar dagen, heb je toch suiker nodig.