MonChoutaart vind ik behoorlijk retro. Mijn schoonmoeder maakte hem altijd voor mijn lief op zijn verjaardag en ook mijn kinderen zijn er gek op. Doorgaans maakte zij hem met een bodem van bastognekoekjes. Zelf vind ik dat echt veel te zoet en dan heb ik nog geen eens over de andere bezwaren die ik heb tegen bastognekoekjes ;). Een gezonder alternatief bedenken van deze ,oh zo, geliefde taart was dan ook niet heel makkelijk. Maar na wat speurwerk op het net en met wat eigen creatieve ingevingen is het toch best goed gelukt vind ik zelf. De mannen in mijn gezin sputteren nog wat tegen maar dochterlief en ik zijn om. Voortaan maak ik de MonChoutaart nieuwe stijl.
Verwarm de oven op 160 graden (boven en onderwarmte).
Doe de havermout in een kom en maal het met de staafmixer fijn, zo ontstaat er havermeel.
Ontpit de dadels en hak dan de dadels fijn, bij voorkeur in de keukenmachine.
Als je geen keukenmachine hebt (net als ik) is dit wel een uitdaging.
Snij de dadels dan heel klein en mix ze met de staafmixer totdat er een plakkerige brei ontstaat.
Smelt ondertussen de boter op laag vuur in een klein pannetje.
Voeg de havermeel, de amandelmeel, de snuf zout en de boter aan de dadels toe en vermeng het geheel.
Bekleed een bakvorm met bakpapier en verdeel het mengsel hierover.
Strijk glad met de achterkant van een eetlepel.
Plaats de springvorm voor ongeveer 15 minuten in de voorverwarmde oven.
Laat de bodem na 15 minuten helemaal afkoelen voordat je het MonChou mengsel erop stort.
Klop in een kom de MonChou los, voeg dan de slagroom toe en eventueel wat honing en klop het geheel stevig op. Stort dit op de afgekoelde bodem en zet het voor ongeveer drie uur in de koelkast.
Ten slotte maak je de taart af met een potje kersenjam*.
Van het merk Ekoland is er ongezoete kersenjam verkrijgbaar.
Ik heb zelf een potje biologische kersenjam die gezoet was met appelsap gebruikt.
De volgende keer zou een een half potje jam mengen met een een half doosje ontdooide diepvrieskersen.